Niet alle erfgenamen maar slechts één van hen is verantwoordelijk voor de voldoening aan de verhuurder van de na het einde van de huurovereenkomst verschuldigde gebruikersvergoeding.

Het hof oordeelt vooralsnog dat bij de door moeder en zoon gesloten lening in het kader van de koop door hem van haar van een woning sprake was van een schijnconstructie die o.m. gericht was op het benadelen van onterfde legitimarissen en fiscaal voordeel.

Bij gebreke aan een testamentaire plaatsvervullingsclausule zijn de kinderen van de onterfde dochter geen erfgenamen en moet de woning worden ontruimd.

Hoewel onder oud Arubaans recht niet expliciet was bepaald dat kosten van de lijkbezorging een (bevoorrechte) boedelschuld vormden, was dit volgens het hof wel het geval krachtens ongeschreven recht.

Het gerecht bepaalt voorwaarden waaronder verkoop van nalatenschapsgoederen is toegestaan.

Het primaire verzoek tot verwerping van de nalatenschap namens de minderjarige erfgenaam wordt afgewezen, het subsidiaire tot het wederom verlengen van de termijn waarbinnen de verklaring van verwerping/aanvaarding afgelegd moet worden, wordt toegewezen.

Het hof verwerpt het verzoek om namens minderjarige de nalatenschap te verwerpen, omdat niet vaststaat dat de minderjarige erfgenaam is en een minderjarige erfgenaam naar Bulgaars recht enkel beneficiair kan aanvaarden.

De kantonrechter stelt vordering van stiefkind uit hoofde van de wettelijke verdeling vast en volgt de stiefouder dat het vruchtgebruik ex artikel 4:21 BW op een woning wordt gevestigd en niet – zoals het stiefkind verzoekt – op giraal geld.

Verzoeken aan de rechtbank tot benoeming van een vereffenaar.

Vorderingen tot huurvoortzetting na overlijden.