Nadat reeds eerder was bepaald dat de legitimarissen in beginsel konden inkorten op de giften, oordeelt het hof thans dat de begiftigde niet is geslaagd in het bewijs dat dit onredelijk is.

Conclusie van de A-G over de vraag of er na de scheiding van tafel en bed sprake was van verzoening en er dus – als echtgenote – kan worden geërfd.

Erfstellingen in erflaters testament sorteren geen effect zodat diens ongehuwde partner niet en hun kind wel erft.

De rechtbank verdeelt de nalatenschap waarbij de woning moet worden verkocht tegen door partijen en zo nodig door de door de rechtbank benoemde makelaar te bepalen vraag- en laatprijzen.

Het hof stemt in met het verzoek tot voeging van appèlprocedures ingesteld tegen enerzijds het oordeel tot toedeling van een boerderij en anderzijds het afwijzen van de kortgedingvordering tot medewerking aan die toedeling.

De rechtbank oordeelt dat advocaatkosten weliswaar in beginsel kosten van de executele zijn en de legitimaire massa niet verlagen, maar dat in deze zaak sprake is van informele vereffeningskosten die de omvang wel verlagen.

De rechtbank vult de rechtsgronden van het verzoek tot het benoemen van een vereffenaar aan en benoemt deze vervolgens.

Op verzoek van de Staat benoemt de rechtbank op grond van artikel 1:204 lid 1 onder a BW een vereffenaar.

Het hof vernietigt oordeel in eerste aanleg dat een zoon van erflaatster meer dan 3 miljoen euro aan haar moet terugbetalen wegens onrechtmatige onttrekkingen aan haar vermogen c.q. wegens door misbruik van omstandigheden nietige/vernietigde schenkingen.

Gezamenlijk bezoek van verjaardagsfeesten en het (in eerste instantie) intrekken van een echtscheidingsprocedure is onvoldoende om te oordelen dat erflaatster haar echtgenoot had vergeven en deze niet onwaardig was om te erven.